Minister van Justitie Verlinden (CD&V) hoopt dat in 2030 de nieuwe Forensische Detentiecentra (FDC) kunnen openen. Die zouden onderdak moeten bieden aan gedetineerden met een psychische aandoening, die geen geïnterneerden zijn. In een eerste fase wordt op 500 plaatsen gemikt. De minister reageert daarmee op de klacht van huisarts Verbrugghe bij de Orde over tekortkomingen binnen de gezondheidszorg in de gevangenis van Haren.
Verlinden benadrukt dat ze deze legislatuur net inzet op humane detentie.
Een van de maatregelen is de bouw van FDC's. Zoals het plan van aanpak nu voorligt zouden de nieuwe centra in 2030 de deuren kunnen openen. De minister plaatst daarbij wel een belangrijke kanttekening. Die datum staat onder voorbehoud van de vele vergunnings- en bouwperikelen waarmee dit soort projecten al te vaak te kampen heeft.
De FDC's moeten er komen voor gedetineerden met een psychische aandoening die geen geïnterneerden zijn. Die laatste categorie zijn mensen die een misdrijf hebben gepleegd, maar aan een geestesstoornis lijden, waardoor ze niet in staat zijn hun daden te controleren. Hun aantal neemt almaar toe in de gevangenissen, en dat terwijl ze eigenlijk thuishoren in gespecialiseerde centra of afdelingen. Om werk te maken van een structurele oplossing, heeft minister Verlinden een taskforce opgericht waarin ze samenwerkt met haar collega van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit).
"Door de jaren heen zien we een stijging van het aantal geïnterneerden in onze gevangenissen. Een beeldvorming die ook veel zegt over de noden die er vandaag zijn. Ook psychologen en psychiaters werkzaam buiten de gevangenismuren zien zich geconfronteerd met een overvraag", weet Verlinden. Om naar de toekomst toe beter tegemoet te kunnen komen aan de behoeften, start de gevangenis in Haren als pilootproject met een 'Klinisch Observatiecentrum'. Vanuit dit centrum zal worden bekeken of gedetineerden nood hebben specifieke begeleiding.
Meer in het algemeen vindt de minister dat alle zorg in de gevangenissen een bevoegdheid moet worden van Volksgezondheid. Ook daarover worden met minister Vandenbroucke "de nodige stappen" gezet. "We zijn het ons als rechtstaat, democratie en maatschappij verplicht om geen onderscheid te maken tussen 'binnen of buiten' de gevangenismuren als het aankomt op zorg", zegt ze.
