Automatische gmd-verlenging: vertragingsmaneuvers ziekenfondsen

Een lange discussie voerde de medicomut over de automatische verlenging van het gmd. Een vraag van de drie syndicaten die vorige keer stuitte op technische bezwaren van de ziekenfondsen. Maar die kregen toen de opdracht om die bezwaren weg te werken. Blijkbaar is daar weinig mee gebeurd…omdat men het vergat te agenderen voor het budget.

Voor dit jaar lijkt daardoor deze invoering juridisch niet meer haalbaar. Men zet nu alles op deze verlenging  tegen 2020, en dat zal dan nog in stappen moeten gebeuren. “Voor alle drie de syndicaten is dit een ontgoocheling. We verhoogden onze druk op de ziekenfondsen. Het kan niet dat dit vertraging oploopt door administratieve laksheid”, zet Philippe Devos de puntjes op de i.

Voor dr. Hueting is de invoering hiervan nog een verre wensdroom: "Zal een definitieve regeling er eindelijk komen in 2021?", vraagt hij zich af. "Het gmd is voor ons een continu werkinstrument, de automatische verlenging zou het gemd-beheer vergemakkelijken. Maar de ziekenfondsen schermen met het argument dat ze incentives wilden aanreiken voor iedereen die zich in 2019 en 2020 elektronisch inschrijft, met inbedding in de verplichte derdebetaler zodat er geen tijdsverloop meer in zit."

Alleszins stelde Jo De Cock vast dat de drie syndicaten dit toch een prioritair punt vinden. Het bedrag dat hiervoor nodig is - 19 miljoen - dient dus wel gezocht te worden.

Hij beklemtoont een andere vraag van zijn syndicaat: "Belangrijk is dat ook voor de ambulante specialisten een informaticapremie wordt voorzien. Vandaag is die er voor de huisartsen, de verpleegkundigen, maar niet voor de specialisten thuis. Dit speelt ook in het voordeel van de patiënten."

De Bvas denkt aan een premie van 1.750 euro als vergoeding voor de basiskosten, wat budgettair zou neerkomen opo 53,81 miljoen (30.750 artsen-specialisten).

Wachtposten

Voor de wachtposten moet de financiering geoptimaliseerd worden, vraagt AADM dan weer: "Een basisbudget voorzien voor de opstart van nieuwe netwerken behoort daartoe. Er zijn immers middelen nodig voor een projectmanager die men niet uit het wachtpostbudget zelf mag halen. AADM vraagt dat de brugdagen van wachtposten eveneens gefinancierd worden, zeker nu die wachtposten meer open zijn en het is zelfs opletten geblazen als men voor planbare zorg ook al naar de wachtposten begint te verwijzen.

Philippe Devos laat alvast weten dat het dossier van de wachtposten Mortsel en Sint-Truiden werd  goedgekeurd. Hij dringt namens zijn syndicaat aan op een herwaardering van het beschikbaarheidshonorarium voor huisartsen "als het huidge systeem met één huisarts van wacht voor 25.000 inwoners overgaat in een suysteem met een huisartsenwachtpost per 400.000 inwoners. In feite komt dat neer op een besparing van 20 miljoen en die kan dus naar die herwaardering vloeien.

Ons voorstel om het e-gmd op te waarderen in plaats van het gmd, bleek iets te modernistisch: het stuitte op de nomenclatuurwetgeving, vreemd genoeg, stelt Maaike Van Overloop dan weer vast.

Nomenclatuur

De nomenclatuur die meer gedynamiseerd zal worden, zoals het Riziv zopas meegaf, beoordeelt dr. Devos als positief. “Zo zullen we beter zien wat waarvoor precies betaald wordt. Innovatie zal makkelijker ingevoerd en gewaardeerd kunnen worden. We vrezen alleen dat sommigen die hervorming zullen misbruiken om besparingen op te leggen. Ik was geschokt dat ik Jean Noel Godin hoorde zeggen dat men van deze hervorming moest profiteren om de honoraria van de artsen te plafonneren. De GBO-voorzitter die zoiets verklaart! Ongelofelijk!"

AADM is al langer vragende partij om prioritair in te zetten op de nomenclatuurhervorming zodat de toegankelijkheid en de kwaliteit verbeteren van het systeem.

Het ASGB tot slot herinnert eraan dat zij als eersten de herwaardering van de intellectuele prestatie op de agenda zetten. Repetitieve handelingen moeten volgens het syndicaat gewoon in de consultatie zelf worden gestoken.

Dokter Hueting ziet wel wat in het Zwitserse voorbeeld dat een medische handeling opsplitst qua techniciteit, met een stukje voor bijvoorbeeld het OK, voor de  verpleegkundige en voor de arts, zuiver op tijd berekend. Hij voorspelt dat de eerste en zelfs de tweede fase van de hervorming nog relatief vlot kan lopen. "De moeilijkheden zullen ontstaan als op die herallocatie bedragen moeten worden geplakt. Maar de afsplitsing van een honorariadeel voor de arts zelf en voor het technische deel had onze stichter Marcel De Brabanter zeker zelf nog graag meegemaakt."

> Lees ook: nomenclatuurhervorming officieel van start

 

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.