Het plan van minister Vandenbroucke om de subsidiëring van de artsensyndicaten afhankelijk te maken van het aandeel geconventioneerde artsen bij hun achterban valt bijzonder slecht. De syndicaten zien er een regelrechte aantasting van hun onafhankelijkheid in. De boodschap is unaniem: geen enkele arts mag onder druk gezet worden om zich te conformeren aan overheidsbeleid.
Midden april trokken Bvas-Absym en het ASGB/Kartel nog met een gemeenschappelijke onderhandelingsnota over de hervorming van het conventiesysteem naar het kabinet van Vandenbroucke. Maar daar kregen ze amper gehoor en daarom beslisten ze om niet over de nota te communiceren. Jammer, want het document vat helder samen waar het voor hen in essentie op aankomt.
Om te beginnen mag er niet geraakt worden aan de vrije keuze van artsen om zich al dan niet te conventioneren. Dat principe is heilig, het is zelfs een grondrecht in het Belgische overlegmodel. Verder moeten alle artsen steeds dezelfde terugbetaling en ondersteuning krijgen, wat ook hun conventiestatus is.
Een structurele hervorming van het conventiemodel, zo onderstreept de nota, is pas zinvol na een grondige herziening van de nomenclatuur. Afsluiten deden beide syndicaten met een waarschuwing. De minister mag het overleg geenszins als een formaliteit zien: “Onze inhoudelijk onderbouwde standpunten moeten daadwerkelijk worden meegenomen in het hervormingsproces.”
“Een totale anomalie”
Het ASGB/Kartel, dat aanvankelijk de afgesproken confidentialiteit wilde respecteren, verbrak donderdag plots het stilzwijgen met een open communicatie naar de leden. “Nu de plannen van Vandenbroucke zijn gelekt in Medi-Sfeer zien wij geen reden meer om u ons standpunt nog langer te onthouden.”
Het voorstel om de subsidiëring van syndicaten afhankelijk te maken van de conventiegraad bij hun achterban, doet het ASGB af als “een totale anomalie”. De overheidsfinanciering dient om de syndicale mandatarissen “een kleine, totaal niet-toereikende kostenvergoeding te geven voor het vele werk in raden, commissies en sub-werkgroepen.”
“U verwacht van uw gemandateerden een kritische en onafhankelijke houding ten opzichte van het beleid, en niet een verplicht en slaafs ja-knikken. Wie een onafhankelijke kritische houding verwacht van zijn vertegenwoordigers, kan moeilijk eisen dat hun werking afhankelijk wordt van de mate waarin de leden zich schikken naar het overheidsbeleid," stelt het syndicaat scherp.
Actiebereidheid testen
Ook Bvas-Absym kwam dezelfde dag naar buiten met een reeks ‘rode lijnen’ die niet overschreden mogen worden. De toon is minstens even kritisch: “We verzetten ons tegen de staatsgeneeskunde die de minister lijkt te willen doorduwen.” Bvas herhaalt de principes uit de gezamenlijke nota maar voegt nieuwe elementen toe. Zo kant het syndicaat zich nu ook resoluut tegen de uitbreiding van het statuut van verhoogde tegemoetkoming naar 3,4 miljoen Belgen, zoals de Commissie Gezondheidszorgdoelstellingen voorstelt.
Een nieuwigheid is de poll die het artsensyndicaat lanceert om de actiebereidheid van de leden te testen: “Via welke kanalen bent u als arts bereid uw ongenoegen te laten blijken als één of meerdere van deze rode lijnen toch worden overschreden?” Wie deelneemt kan verschillende opties aanvinken, gaande van ‘een pamflet in de praktijk’ en ‘sociale media’ tot ‘een vorm van staking’.
Niet onderhandelbaar
Eerder deze week viel er ook al een heftige reactie te noteren bij de Groupement Belge des Omnipraticiens (GBO). “Wij zijn niet te koop,” meldde de Kartelpartner van het ASGB in een antwoord op de demarche van Vandenbroucke. Volgens de GBO gaat het om een vorm van “politieke druk” die onverenigbaar is met syndicale onafhankelijkheid, die voor het syndicaat niet onderhandelbaar is.
Het huisartsensyndicaat bracht voor de gelegenheid de beroemde quote van Benjamin Franklin in herinnering: "Zij die essentiële vrijheid opgeven om een beetje tijdelijke veiligheid te verkrijgen, verdienen noch vrijheid noch veiligheid."
De subsidiëring van de syndicaten, zo klinkt het, is geen gunst maar een vergoeding voor het harde werk in overlegorganen. Daarom verzet de organisatie zich principieel tegen elke vorm van resultaatsgebonden financiering of belangenvermenging. “Alleen een correct en evenwichtig onderhandeld akkoord kan leiden tot een hogere conventiegraad”.
> Methode Vandenbroucke berust op conflict en wantrouwen (Irina De Knop)
> Financiering artsensyndicaten binnenkort afhankelijk van conventiegraad?
> Dr. Jos Vanhoof: "Wat Trump deed met Harvard, doet Vandenbroucke met de artsensyndicaten”
Laatste reacties
Christophe Breusegem
19 mei 2025Min Vandenbroucke moet stoppen met ‘chantage ‘praktijken tav de syndicaten.
Elk dient zijn taak te doen.
De onafhankelijkheid van syndicaten en artsen moet gerespecteerd blijven !
Als de voorwaarden en tarieven aantrekkelijk zijn en correct, dan zou de overgrote meerderheid ‘spontaan’ / ‘in vrijheid ‘ conventioneren