Brusselse gezondheidsministers smeden grootse ziekenhuisplannen

"Ziekenhuizen zullen transmuraal moeten gaan”. Dat – niet echt nieuwe - credo ligt ten grondslag aan wat de ministers Guy Vanhengel en Didier Gosuin presenteerden als “het eerste gezondheidsplan van het land van deze omvang.” Beide excellenties zeggen dat ze een visie voor de volgende zeven jaar ontwikkelden “die alle gezondheidsaspecten omvat.” Interessant: het plan kan worden geëvalueerd.

3 assen, 17 doelstellingen en 45 maatregelen: achter deze cijfers schuilt een diepgaand gezondheidsplan voor de Brusselse regio, luidt het. Een plan dus dat voorbij deze legislatuur reikt. “Vooral van belang voor mij is dat je het kunt evalueren volgens een methodologie ontwikkeld door het Gezondheidsobservatorium”, legt Didier Gosuin uit. “Met een toegankelijk, coherent zorgpad voor elke Brusselaar.”

De uitdagingen voor Brussel zijn alleszins niet van de poes: “1,2 miljoen Brusselaars in 2018, en naar schatting 1,6 miljoen voor het gewest in 2060.” Zowel op het vlak van het levensbegin (zeer veel geboortes) als het levenseinde (afhankelijkheid ouderen) is er werk aan de winkel. Daar komt de precaire toestand bij van een flink deel van de bevolking  als we weten dat iemand uit een gezin zonder inkomen dubbel zoveel kans heeft om bij de geboorte te sterven als iemand in een gezin met inkomen. Bovendien ligt het percentage mensen dat medische zorg uitstelt om financiële redenen hoger in het Brussels Gewest dan in de andere twee regio's.

Test gezondheidsimpact en 0,5de lijn

De introductie van een test gezondheidsimpact zou de potentiële effecten van een nieuw gezondheidsbeleid moeten voorspellen. "We plannen ook een beleid voor de meest kwetsbaren met ‘de 0,5de lijn’, een begrip geïntroduceerd door het Riziv en Dokters van de Wereld: een specifieke structuur om kwetsbare mensen terug te sturen naar een traditionele zorglijn", aldus minister Guy Vanhengel. In feite komt her erop neer dat onder deze vlag de gezondheidszorg actief op zoek gaat naar mensen in nood die zelf niet op eigen kracht tot bij de huisarts (de eerste lijn) geraken. Het principe wordt nu al toegepast bij bijvoorbeeld transitmigranten en daklozen. De regering trok er in deze legislatuur 300.000 euro voor uit. Laat nu net Ri De Ridder voorzitter geworden zijn van Dokters van de Wereld.

Alle gezondheidsactoren (ziekenhuizen, Kind en Gezin, huisartsgeneeskunde ...) zullen worden beïnvloed door het nieuwe perinatale plan. "We creëren ook een aanspreekpunt voor het preventiebeleid om alle actoren bij elkaar te brengen en efficiënter te zijn. Hier zal Brupreventie het proefproject screening colorectale kanker volgen. Alles draait duidelijk rond de eerste lijn bij deze transformatie. Er wordt dan ook een dragende structuur voor die eerste lijn ontwikkeld (training, in kaart brengen, supporttools …)."

Meer gezondheidsdemocratie

Voor Gosuin is de toegenomen patiëntenparticipatie in het Brusselse gezondheidssysteem van groot belang: "Er is meer gezondheidsdemocratie nodig. De patiënt kan als actieve burger de zorgkwaliteit helpen verbeteren. We hangen sterk af van patiëntenverenigingen."

Ziekenhuizen zullen ook veranderingen ervaren: "Ze zullen gedwongen worden om een ​​sterker transmuraal beleid te ontwikkelen. Dat is essentieel. Net zoals nadenken over hoe dringende hulp functioneert, en de link naar de eerste lijn. Op ziekenhuisniveau moeten netwerken worden ontwikkeld om het aanbod beter op elkaar af te stemmen en de monitoring buiten het ziekenhuis te verbeteren wanneer patiënten ontslagen worden."

In dit 7-jarenplan, dat mooi oogt op papier, zit echter een valkuil: zal de nieuwe regering na de volgende verkiezingen de nodige financiële middelen beschikbaar stellen? Dat is een ander paar mouwen.

 

 

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.