Op 14 februari heeft minister De Block onder de huisartsen een nieuwe richtlijn voor de behandeling van depressie bij volwassenen verspreid. Het gaat om een update van een consensusdocument uit 2008. Het nieuwe document werd ontwikkeld in samenwerking met Domus Medica. Uit een communiqué van het kabinet blijkt dat vooral het buitensporige gebruik van antidepressiva een aandachtspunt is. Er worden opleidingen voor huisartsen voorzien.
Het lastige kantje aan dit soort initiatieven is dat het in de brede pers wordt belicht, vaak met een aantal suggesties die niet worden doorgetrokken, maar intussen wel laten uitschijnen dat huisartsen beroerde voorschrijvers en behandelaars zijn. Het thema kwam op 13 februari aan bod in Canvas-programma ‘De afspraak’. Elke Van Hoof, professor psychologie aan de VUB, kwam er met nadruk uitleggen dat de grote tekortkoming ligt bij het gebrek aan terugbetaling voor psychologie in de eerste lijn. Er zat geen huisarts aan tafel.
Hoe dan ook, minister De Block zei in haar communiqué: “Belgen slikken nog veel te veel antidepressiva (...). Deze richtlijn moet ertoe bijdragen dat minder psychofarmaca voorgeschreven en gebruikt worden (…).”
In 2008 kochten 1,12 miljoen landgenoten antidepressiva bij de apotheker. In 2013 waren dat er al 1,17 miljoen. Men moet daaraan toevoegen dat ook de prevalentie van depressie onrustwekkend stijgt: in de Gezondheidsenquête 2008 van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid gaf 9,5% van de personen ouder dan 15 jaar aan recent depressieve gevoelens te hebben gehad. In de Gezondheidsenquête 2013, steeg het cijfer naar 14,8%.
Voor de omzetting van de richtlijn naar de praktijk trekt minister De Block een budget van 250.000 euro uit. Met dat budget zullen onder andere specifieke opleidingen voor huisartsen georganiseerd worden.
De richtlijn is opgebouwd rond twaalf klinische thema’s waaronder diagnostiek, zelfmoordrisico, verwijzing, behandeling van milde, matige en ernstige depressie, opvolging, samenwerking en ouderen. De volledige richtlijn vindt u hier.
