Ruim 1 volwassen Belg op de 10 lijdt aan psychische stoornis

Uit het 5de rapport van de Gezondheidsenquête 2018 over welzijn en de geestelijke gezondheidstoestand van de bevolking in België (Sciensano) blijkt dat 1 op de 5 zeer tevreden is met zijn leven en dat ⅔de van de ondervraagden een goed niveau van psychologisch welzijn heeft. Maar ongeveer 1 op de 10 volwassenen lijdt aan een psychische stoornis.

Bij kinderen en jongeren van 2 tot 18 jaar heeft ongeveer 1 op 10 een psychisch of gedragsprobleem dat professionele ondersteuning vereist.

2 op 3 ondervindt psychisch welbevinden
In het 5de rapport van de Gezondheidsenquête is het subjectief welbevinden een indicator voor een goede geestelijke gezondheid bij volwassenen (15 jaar en ouder). Subjectief welbevinden wordt in deze context gemeten door bevraging van de levenstevredenheid, vitale energie en de afwezigheid van negatieve gevoelens of psychische malaise. De resultaten geven aan dat:

  • 1 op 5 zeer tevreden is met het leven en 2 op 3 zijn of haar niveau van psychisch welbevinden als positief omschrijft
    12% van de bevolking erg ontevreden is over hun leven en slechts 14% een optimale levensenergie heeft
    1 op 3 last heeft van een psychisch onwelbevinden en het gevoel heeft voortdurend onder druk te staan (29%), een slaaptekort heeft door zorgen (23%) en zich ongelukkig en depressief voelt (20%)
    19% van de bevolking vandaag zegt dat ze minder optimistisch zijn dan normaal voor hun toekomst

“België is een van de landen waar de tevredenheid van bewoners hoog is: met een score van 7,4 op 10 scoren we hoger dan het Europese gemiddelde”, legt Johan Van der Heyden, onderzoeker bij Sciensano, uit. “Maar dat gemiddelde kan ook ongelijkheden verbergen. Onze resultaten laten zien dat de levenstevredenheid, net als andere indicatoren van subjectief welzijn, veel lager is bij vrouwen, de actieve bevolking en sociaaleconomisch achtergestelde mensen.” 

Psychisch lijden blijft wijdverspreid
Naast het subjectieve welbevinden volgt de Gezondheidsenquête ook de evolutie op van de meest voorkomende psychische stoornissen bij de bevolking in België. Daaronder vallen angststoornissen, verschillende vormen van depressie en eetstoornissen. Het aantal mensen dat daardoor wordt getroffen, varieert weinig in vergelijking met de vorige Gezondheidsenquête in 2013. Toen was er nog een duidelijke toename op alle niveaus door de economische crisis. In 2018:

  • heeft 11% van de bevolking een angststoornis (een stabiel percentage vergeleken met 10% in 2013), waarvan ⅓de een ernstige vorm
  • lijdt 9% aan een depressie (tegenover 15% in 2013)
  • wordt 7% getroffen door een eetstoornis zoals anorexia-boulimia (8% in 2013). Jongeren van 15 tot 24 jaar worden hierdoor het meest zoveel getroffen (14%)

Al deze psychische problemen hebben een duidelijke invloed op het dagelijkse en professionele leven van de getroffenen, maar ook op de mensen om hen heen. Volgens Johan Van der Heyden is het “belangrijk om, wanneer de symptomen aanhouden of terugkomen, met een gezondheidsprofessional te praten. In eerste instantie is dat de huisarts, om zo samen de meest geschikte behandeling te vinden.”

Psychische problemen treffen ook kinderen
De Gezondheidsenquête onderzocht in 2018 voor het eerst psychische stoornissen bij kinderen en jongeren van 2 tot 18 jaar. Deze aandoeningen weerspiegelen het lijden van jongeren en kunnen een impact hebben op hun ontwikkeling en hun volwassen leven. Uit het onderzoek blijkt dat kinderen en jongeren volgende psychische problemen ondervinden:

  • relatiestoornissen (11%),
  • emotionele stoornissen (10%),
  • gedragsstoornissen (9%),
  • aandachtstekort-hyperactiviteitsstoornissen (AHDH) (12%) 
  • en prosociale gedragsstoornissen (7%). 

“Deze cijfers komen overeen met de ernstigste gevallen, dus ongeveer 10% van de kinderen en jongeren. Daarnaast is er een even groot aantal ‘grensgevallen’ geïdentificeerd voor elke ondervraagde aandoening. Daarmee bedoelen we dezelfde aandoeningen met verzwakte symptomen, maar die wel een ongemak, psychische problemen of aanpassingsproblemen veroorzaken, waaraan aandacht moet worden besteed”, voegt Johan Van der Heyden toe. 

Behoefte aan een globaal beleid
Geestelijke gezondheidsproblemen treffen alle categorieën van de bevolking, maar sommige groepen zijn kwetsbaarder. Daarom zijn ze meer vatbaar voor het ontwikkelen van dit soort problemen of ervaren ze een algemeen onwelbevinden. De meest getroffen groepen zijn:

  • vrouwen,
  • mensen van 25–54 jaar, 
  • senioren ouder dan 75 jaar 
  • en laaggeschoolden.

Deze meer kwetsbare bevolkingsgroepen moeten bijzondere aandacht krijgen van de overheid. Het doel moet zijn om hun levensomstandigheden te verbeteren, de ongelijkheden waarmee ze worden geconfronteerd te verminderen en hun kansen te optimaliseren op toegang tot de middelen die nodig zijn om gezond te blijven.

Het Vlaams Gewest blijft meer gespaard dan het Waals en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De gezondheidsgelijkheid bevorderen is essentieel voor een betere levenskwaliteit en draagt bij aan het welzijn van iedereen. 

Sciensano benadrukt het belang om de inspanningen op het gebied van gezondheid voort te zetten via de reeds opgestarte hervormingen die vanuit de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid(externe link) worden opgevolgd. Om de eerder vermelde kwetsbare groepen te ondersteunen en te beschermen, moeten samenhangende maatregelen worden genomen in alle maatschappelijke sectoren.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.