Vandenbroucke vergeet huisarts niet in beleidsnota

Half november stuurde minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) zijn beleidsnota Volksgezondheid naar de bevoegde commissie. De huisarts en de eerstelijnsgeneeskunde worden regelmatig in de nota vermeld. Een overzicht.
Bij het begin van het parlementaire jaar moet elke minister zijn beleidsnota voorstellen met daarin zijn planen voor het komende parlementair jaar. De huisartsen en de eerstelijnsgeneeskunde nemen een belangrijke plaats in in de beleidsnota van Frank Vandenbroucke. Het woord ‘huisarts’ komt er 28 keer in voor. Ter vergelijking: ‘apotheker’ wordt twaalfmaal vermeld door de minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken. Het ‘ziekenhuis’ kan met 43 eenheden wel op nog een pak meer vermeldingen rekenen dan huisarts.

Na de hervorming van de geestelijke gezondheidszorg vernoemt Vandenbroucke de New Deal voor de Huisartsenpraktijk als een belangrijke prioriteit voor 2023. Die New Deal moet niet enkel voor voldoende, maar ook voor goed georganiseerde huisartsen, voor meer samenwerking met andere disciplines, een betere taakverdeling, een evenwichtige financiering en de vermindering van de zinloze administratieve overlast zorgen. 

Psychiatrische zorg, Long Covid

De huisarts wordt ook vernoemd in enkele specifieke voorstellen. In de psychiatrisch zorg wil Vandenbroucke inzetten op het aanvullen van de somatisch opvolging door de huisarts via samenwerking met de geconventioneerde klinisch psycholoog. In een tweede fase wil hij werk maken van de aanbevelingen van een KCE-rapport waarbij de nadruk ligt op liaison met een coördinatie door de huisarts. Hiervoor voorziet de minister in 2023 extra budget in het kader van het transversaal budget.

Er komt en zorgtraject long-Covid-19 met als doel de samenwerking te bevorderen tussen de huisartsen en andere zorgverstrekkers in de eerste lijn om zo tot kwaliteitsvollere zorg te komen voor deze patiënten. Via dit zorgtraject kan de patiënt de nodige kinesitherapeutische, logopedische en/of psychologische zorgen terugbetaald krijgen, zo nodig aangevuld met zorg door een diëtist en/of een ergotherapeut.

Dat gebeurt volgens een behandelplan dat wordt opgesteld en opgevolgd in een samenwerking tussen de huisarts, de betrokken zorgverleners en de patiënt zelf. Daarbij worden gepersonaliseerde doelstellingen op maat van de patiënt bepaald. Een eerste fase is sinds 1 juli actief. Het tweede deel van de overeenkomst is nog in ontwikkeling en slaat op neurocognitieve diagnostiek en behandeling in samenwerking met de tweede lijn, en meer bepaald met centra die de nodige expertise hebben.

Veerkracht

Omdat zorgverstrekkers ook in de ogen van Vandenbroucke de hoeksteen vormen van een sterk n veerkrachtig gezondheidssysteem, wil hij hen op andere manieren ondersteunen. “Huisartsen raken uitgeput door de uitvoering van taken die kunnen worden aangepast, of die kunnen worden gedelegeerd aan andere professionals die voldoende zijn opgeleid om die taken volgens de regels van de kunst uit te voeren”, stelt Vandenbroucke vast.

Daarom wil hij niet enkel werk maken van een andere vergoeding, maar ook van een betere verdeling van de activiteiten tussen zorgverstrekkers. Hij richt een werkgroep op die tegen 31 maart 2023 een verslag klaar moet hebben waarin wordt aangegeven in welke mate en op welke wijze een functionele delegatie mogelijk kan gemaakt worden van taken die uitgevoerd kunnen worden door iemand anders.

Artsenquota

In zijn beleidsnota komt Vandenbroucke ook nog eens terug op de artsenquota 2029. Hij vraagt de planningscommissie om de impact te bestuderen van de impact van Covid-19 en eventuele toekomstig epidemieën op het aanbod aan huisartsen. Een onderdeel hiervan is de bevraging van -voornamelijk jonge- huisartsen om na te gaan hoe zij de uitoefening van het beroep zien.

Een volwaardige plek in die eerstelijnszorg is volgens Vandenbroucke alvast weggelegd voor de wijkgezondheidscentra. De komende maanden zal hij die plaats vastleggen in nieuwe wetten. 

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.