Proefboringen moeten uitwijzen of ondergrond Voeren geschikt is voor Einsteintelescoop

Vanaf vandaag worden in Voeren de eerste proefboringen uitgevoerd die uitsluitsel moeten geven of de ondergrond aan het drielandenpunt geschikt is om er de Einsteintelescoop te bouwen. Naast het drielandenpunt met België, Nederland en Duitsland is ook het Italiaanse eiland Sardinië een van de kandidaten voor de bouw van de telescoop.

De komende zes maanden vinden op elf locaties in Voeren, de provincie Luik en Nederlands-Limburg proefboringen plaats waarbij er tot een diepte van ongeveer 300 meter geboord wordt. Die moeten meer informatie opleveren over de geschiktheid van de bodem. Een proefboring duurt gemiddeld zeven weken, waarvan vijf weken voor het boren zelf. Voor het boren wordt afwisselend gebruik gemaakt van elektrische boorapparaten en van booropstellingen op vrach tauto's, die door de motor van de truck worden aangedreven.

De Einsteintelescoop wordt een ondergronds meetsysteem dat met extreme gevoeligheid zwaartekrachtsgolven detecteert. Hiermee wordt het mogelijk om zaken te meten in de verste uithoeken van ons heelal. De telescoop zal een driehoek vormen, met zijden van 10 kilometer lang, op een diepte van 250 meter. Het ondergronds observatorium wordt 10 keer gevoeliger dan zijn voorgangers en kan 1.000 keer meer zwaartekrachtsgolven waarnemen. Dat moet een compleet nieuwe blik opleveren van ons heelal. 

Aanzuigeffect

"De uitkomsten van deze boorcampagne zijn belangrijk om de samenstelling en stabiliteit van de bodem in beeld te krijgen", aldus directeur Hans Plets van het projectbureau Einstein Telescope. "Dat zijn wezenlijke indicatoren voor het bepalen van de beste plekken voor de drie hoekpunten van de Einsteintelescoop. De komende twee jaar hebben we nog nodig om tal van studies te doen in deze haalbaarheidsfase. Naast alle kennis over de ondergrond is het immers even belangrijk dat we straks een telescoop bouwen die in alle rust en zonder verstoringen boven de grond kan functioneren, met grote zorg voor een harmonieuze inpassing in het landschap." 

Als de Einsteintelescoop naar de Eurregio Maas-Rijn komt zal dat ook heel wat jobs met zich meebrengen, een aanzuigeffect vormen voor STEM-opleindingen en zal er zich in de regio ook een innovatieve kenniseconomie ontwikkelen. 

Vlaams minister van Innovatie Jo Brouns (CD&V) kondigde bij de start van de proefboringen ook aan dat hij 5,5 miljoen euro aan bijkomende middelen voorziet om het indieningsdossier van de Einsteintelescoop op het Europese niveau voor te bereiden. Deze financiering zal worden ingezet om het Einsteintelescoop-projectteam binnen het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) zijn werkzaamheden te kunnen later verderzetten tot en met 2025 en om een gedetailleerde studie uit te voeren om de exacte kosten van de bouwfase te bepalen. 

Verder moet deze studie ook de financieringsmogelijkheden van de bouw in kaart te brengen. Eerder uitgevoerde  studies tonen alvast aan dat elke geïnvesteerde euro een meerwaarde van 3 tot 4 euro zou opleveren voor de brede regio. "De inzichten die hier zouden kunnen verworven worden hebben het potentieel om uit te groeien tot heel wat innovatieve toepassingen, bijvoorbeeld in de medische beeldvorming", aldus de minister. 

De beslissing over waar de telescoop uiteindelijk wordt gebouwd, wordt in 2026 verwacht.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.