Voor Brussels staatssecretaris voor Brandbestrijding Cécile Jodogne (DéFI) moet de politiecapaciteit in het Brussels Gewest verhoogd worden, moet er beter geanticipeerd worden op mogelijke ongeregeldheden en is een betere coördinatie tussen politie en de hulpdiensten (DBDMH) nodig. Een fusie van de politiezones die minister van Binnenlandse Zaken Pieter De Crem voorstelt, is voor haar niet de goede oplossing, stelt de DéFI-staatssecretaris dinsdag in een mededeling.
Jodogne kondigt een nieuwe procedure voor interventies van de hulpdiensten tijdens onlusten in het Brussels gewest. Op korte termijn moet een permanente coördinatie kunnen tussen de politiediensten en de Brussels Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (DBDMH). Op die manie r kunnen interventies efficiënter en veiliger verlopen bij 'stedelijke onlusten', zoals grote bijeenkomsten van mensen met slechte bedoelingen, plunderingen, vernielingen, geweld, het gooien van stenen, of het in brand steken van vuilnisbakken, voertuigen of woningen.
De 100-112-noodcentrales en de dispatching van de DBDMH vormen de kern van de procedure. Zij dienen het contact te leggen met de politie zodra er informatie is over een risico of ongeregeldheden. De betrokken politiezone moet er dan voor zorgen dat de risicozone beveiligd is voor de interventie van de brandweer.
Op termijn zal het geïntegreerde crisis- en communicatiecentrum van het Brussels Gewest deze coördinatie nog vergemakkelijken, besluit Cécile Jodogne.
