"Psychologische en sociale impact lockdown duidelijk merkbaar" (onderzoek)

Op 21 maart lanceerde het Instituut van Gezondheid en Samenleving UCLouvain (IRSS) een uitgebreid onderzoek naar de psychologische en sociale impact van de huidige quarantaine. De eerste resultaten bij meer dan 15.000 Belgische respondenten spreken boekdelen.

De impact van de lockdown op de psychologische gezondheid van de bevolking is reeds merkbaar  vijf dagen na het begin van de lockdown. De onderzoekers gebruikten een internationaal gevalideerd meetinstrument, de GHQ-12.

52% van de respondenten had resultaten die hen in de categorie van “psychologisch onbehagen” plaatsten. Ter vergelijking: het gezondheidsonderzoek dat Sciensano om de vijf jaar (voor het laatst in 2018) bij de Belgen uitvoert, meet dat 18% van de bevolking zich meestal in een situatie van psychologisch onbehagen bevindt.

Dit niveau van onbehagen neemt toe wanneer men meer wordt blootgesteld aan de directe gevolgen van de corona-epidemie. Zo ligt het aandeel respondenten in psychische nood op 67% wanneer een naaste die onder hetzelfde dak woont wordt getroffen, en op 73% onder respondenten die zelf getroffen zijn.

Het psychologisch onbehagen rond het coronavirus / de quarantaine treft echter niet iedereen op dezelfde manier: vrouwen voelen dit sterk dan mannen (56% vs 42%). Deze trend wordt ook in andere soortgelijke studies waargenomen.

Verrassend is dat, naargelang de leeftijd stijgt, het aandeel van de bevolking dat zich minder goed voelt, afneemt: 64% van de 15-24-jarigen, 58% van de 35-44-jarigen en 32% van de 65-plussers voelen zich minder goed.

Werkomstandigheden

Slechts 17% van de respondenten meldt dat zijn/haar werkomstandigheden niet veranderd zijn. Bijna de helft van de respondenten, daarentegen, werkt vaker van thuis uit, en een derde is niet meer aan het werk of heeft een deel van zijn inkomsten verloren sinds de quarantainemaatregelen. Deze laatste groep heeft 25% meer kans op een lager psychisch welbevinden in vergelijking met zij voor wie de werkomstandigheden ongewijzigd bleven.

Ook wie minder actief is, loopt meer risico: 85% van de respondenten verminderde hun contact met geliefden en de helft verminderde hun fysieke activiteiten. Deze twee groepen hebben bijna 20% meer kans om psychologisch onbehagen te ondervinden.

Paradox van de sociale media

Tot slot hebben mensen die meer gebruik maken van sociale media bijna 30% meer kans om psychologisch onbehagen te ervaren. Een grote paradox, aangezien in periodes van lockdown, het gebruik van sociale media aanzienlijk verhoogt (95% van de respondenten zegt meer tijd te besteden op sociale netwerken), en deze het belangrijkste middel geworden zijn in het omgaan met verminderde sociale contacten en het onderhouden van professionele activiteiten.

Deze eerste resultaten bevestigen dat de quarantaine het psychosociale welzijn van de bevolking al na vijf dagen beïnvloedt. Lichaamsbeweging en contact houden met dierbaren helpen om deze moeilijkheden het hoofd te bieden. En men past best op met het gebruik van sociale netwerken.

Over enkele dagen worden de mensen die aan het onderzoek hebben deelgenomen opnieuw gecontacteerd. Zo kunnen de onderzoekers de evolutie van de psychologische impact van de epidemie op langere termijn meten.

Het onderzoek van de UCLouvain i.s.m. UAntwerpen staat nog steeds open voor zij die nog niet hebben deelgenomen. U kunt hier deelnemen.

Meer informatie is nog hier te vinden.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.